Toespraak
van Wouter Jongstra van Humanistisch Verbond (deel I)
Een
gelukkig mens laat zijn
wereldse
bagage achter zich,
om
het schone hiernamaals te betreden.
Terwijl
de ongelukkige een optelsom maakt
en
huilt over de schatten die hij achter zich moet laten.
Deze
woorden schreef Harry boven de rouwkaart nu zijn maatje, vriend en liefste
Hendrik Punter zo plotseling is overleden.
Afgelopen
vrijdagavond, Hendrik is in hun zo geliefde stamkroeg Zus en Zo.
Het
is er als vanouds gezellig en Hendrik drinkt een paar pilsjes. Maar Hendrik
heeft een klein blaasje en moet na elk biertje even het toilet opzoeken. Vele
malen die avond gaat hij de trap af naar beneden. Maar die ene keer gaat het
mis. Hendrik komt ten val en wel zo lelijk dat hij in coma raakt. De klok
geeft kwart voor 3 aan, zaterdagochtend vroeg 24 mei 2003.
Hendrik
wordt naar het ziekenhuis gebracht, maar niets mocht meer baten.
Rond
half 7 dooft de altijd zo fel brandende levensvlam van Hendrik voorgoed. En
over het hoe en waarom zullen wij wel nooit het antwoord krijgen. Het is niet
de schuld van de trap, het is niet de schuld van de plavuizen zo vertelde
Harry mij. Wat we wel weten is dat Hendrik die avond zijn gelukspoppetje niet
bij zich had, die was hij vergeten! Die vond Harry de volgende morgen in de
wasmand.
Harry,
familie en vrienden en bekenden van Hendrik Punter. Ik heet u welkom vanmiddag
hier in Steenwijk.
Wij
zijn hier bijeen om afscheid te nemen van Hendrik.
Er
is behoefte om bij elkaar te zijn, om steun te zoeken. Je zou misschien wel
elkaars hand willen vasthouden om een ander te laten merken dat je er niet
alleen voor staat.
Harry
heeft mij gevraagd om enkele herinneringen en gevoelens onder woorden te
brengen.
Mijn
naam is Wouter Jongstra uit Tolbert en ik ben vrijwillig uitvaartbegeleider
bij het humanistische verbond.
Ik
heb Hendrik jouw maatje, bij zijn leven niet gekend. Ik heb hem leren kennen
door een bijzonder prettig gesprek met Harry en anderen. En als ik ooit ergens
veel liefde heb gevoeld dames en heren dan was dat afgelopen maandag bij Harry
thuis. Zij hebben me veel verteld over Hendrik en over zijn leven en over zijn
dood.
En
altijd rijst de vraag, kunnen wij als mens ooit verzoend raken met de dood.
Nee,
dat denk ik niet. We hebben wel een standpunt. Wij zijn er tegen en ik weet
dat de meesten van ons dat zijn. Maar hoe erg we er ook tegen zijn, de dood
zal ons toch komen halen. We hebben er geen controle over.
Ook
al weten wij als mensen dat sterven biologisch gezien de natuurlijkste zaak
van de wereld is (het is het gevolg van geboren worden), we hebben er bepaald
geen vrede mee. De dood kunnen we zien als eindpunt, voor sommigen een
breekpunt. Het feit dat ons bestaan een begrensd bestaan is, stemt ons treurig
en maakt ons opstandig. De dood hoort er naar ons gevoel niet bij.
Het
mag dan iets natuurlijks zijn, maar niet iets menselijks.
Uit
alle macht proberen we dan ook buiten onze horizon te dringen.
Het
sterven, dat vooraf gaat aan een leven nadat het ten volle geleefd is of
wanneer iemand ondraaglijk moet lijden, kan leiden tot berusting in dat
sterven.
Maar
vandaag kunnen wij geen vrede hebben met het sterven als het gaat om het
ontijdig sterven van Hendrik. Het abrupte einde van iemand die nog middenin
het leven stond.
Wij
als mensen protesteren terecht. Wij zijn kwaad en vol onbegrip en weten ons in
vele gevallen als deze geen raad. Wij willen vasthouden wat ons zo dierbaar
is. We raken in verwarring, omdat we het oneerlijk vinden, dat loslaten.
Het
loslaten van iemand als Hendrik pas 37 jaar, met nog zoveel plannen voor de
toekomst, met nog zoveel dromen in het verschiet.
De
plotselinge dood van Hendrik brengt ons hier vandaag samen. En voor Hendrik
zijn beleving “en het klinkt wat macaber” een mooie dood. Als we de dood
beschrijven als een laatste stap voorwaarts wou Hendrik liever niet deze stap
zetten in een ziekenhuisbed, waarbij de laatste stap voorwaarts gepaard gaat
met slangen en machines rondom je bed, waarbij de laatste stap voorwaarts vaak
gepaard gaat met een lang ziekbed.
Maar
vandaag moeten wij Hendrik loslaten, maar voor we dat gaan doen zullen wij nog
eens even op zijn leven terugkijken en er over nadenken wat hij voor u allen
heeft betekent toen hij er nog was.
Hendrik
werd geboren op 23 december 1965. Hij groeide op samen met zijn zus en 2
broers.
Uiteraard
ging Hendrik naar school. Heel
graag zelfs dames en heren en dat hoor je niet vaak. Zijn oudere broer stond
bekend als een losbol die hield van leuke dingen. Hendrik hield ook wel van
leuke dingen maar zijn studie ging voor.
Hendrik
was de student van de klas. Hij wilde de beste zijn. Anderen redeneren vaak
dat elk cijfer boven de 6 verspilde energie is, maar voor Hendrik ging dat
absoluut niet op. Hendrik ging voor een vette 9, en die haalde hij dan ook.
Hij
was de beste en dat wilde hij dan ook graag. Hij wilde presteren.
Hij
doorliep de Mavo en de LTS met gemak. Ook de Hotelschool in Zwolle was voor
Hendrik een koud kunstje. Hij slaagde cum laude. Hij loopt stage in
Zwitserland en geniet met volle teugen van het landschap en de mensen. Hier
leert hij zelfs Italiaans te spreken.
De
diensttijd vervult hij voor een gedeelte in Haarlem. En Hendrik wordt hier
spoorslags verliefd. Niet op een man of op een vrouw, maar op de stad.
Maar
hij keert terug naar Steenwijk en op donderdag flaneert Hendrik door de stad.
Tikkeltje eigenwijs en parmantig loopt hij door de Oosterstraat. Lange jas aan
en getooid met een zwarte tas met leren handvaten.
In
die tijd werd Hendrik al opgemerkt door ene Harry van den Berg. Maar het
blijft bij opmerken, maar de belangstelling was gewekt.
Maar
tijdens de diploma uitreiking van de Hotelschool ontmoeten de mannen elkaar
weer. Op een zomerse dag in juni komt Hendrik Punter, gekleed in een beige
linnen pak voor zijn diploma. Harry is daar toevallig ook, omdat zijn nichtje
haar diploma ook krijgt.
En
Hendrik valt de Alliance prijs ten deel en wordt apart opgeroepen om de prijs
in ontvangst te nemen. En op dat moment denkt Harry, verrek die ken ik, die
ken ik van de donderdag toen hij zo parmantig door de stad liep. Maar opnieuw
blijft het bij opmerken.
Tot
de tweede kerstdag van datzelfde jaar, Het was in de plaatselijke disco en
hier werden uiteindelijk telefoonnummers uitgewisseld. Hier werd de basis
gelegd voor wat uiteindelijk een langdurige relatie werd.
Eerst
liepen ze niet te koop met hun relatie en familie werd pas in een later
stadium op de hoogte gebracht. Maar de familie had het evenwel allang door.
En
in 1991 werd er pas officieel samengewoond.
Harry
viel voor zijn arrogante houding, tikkeltje eigenwijs, onwijs leuke vent. Maar
ook zijn gedrevenheid, zijn droge humor en zijn perfectionisme maakte Hendrik
voor Harry zijn levenspartner.
Ondertussen
was Hendrik natuurlijk al druk aan het werk. Hij werkte voor de Echoput in
Apeldoorn, voor Patijntje in Steenwijk, Het Getij in Steenwijk, De Roggebot in
Kampen, Hotel Giethoorn en Pannenkoekenboot “de Liberté”. Voor al zijn
werkgevers had Hendrik alles over…..
En
dat dat wederzijds was blijkt wel uit de woorden van de advertentie in de
Steenwijker courant “hun eerste stuurman van de pannenkoekenboot” altijd
vriendelijk, altijd betrokken, altijd gastvrij, altijd bijzonder.
En
als er ergens een ster te behalen viel voor het restaurant was het Hendrik die
zich hiervoor mateloos inzette. Hij hield van prestige, van resultaat en
genoot er onvoorwaardelijk van als hij dat bereikte. Maar Humor kende hij ook
zeker in zijn vak. Een kleine anekdote: gasten aan tafel, prachtig ingedekt,
wijnglazen rondom en veel bestek. U kent dat wel. De gasten bestelden Haas en
in een deftig restaurant snijd je dit dier natuurlijk aan tafel aan. Hendrik
brengt de haas binnen, netjes met de pootjes omhoog en begint deze aan tafel
aan te snijden. Maar het mislukt en de haas valt op de grond… mmmm zegt
Hendrik deze was nog niet helemaal dood.
Legt hem terug op de schaal en loopt met de schaal weg.
Typisch
Hendrik.
Hendrik
zijn grootste vreugde was ongetwijfeld het huis geweest waarin hij tot het
laatst met Harry woonde. Voor Hendrik zijn droomhuis. De polder, het vlakke land vond hij niks en reed je met hem
door of langs een woonwijk dan kon hij uit de grond van zijn hart zeggen
“wat een naargeestige buurt”
En
zijn vrije tijd bestede hij vol overgave met dezelfde gedrevenheid als in zijn
vak. aan:
Muziek
luisteren
Aandacht
voor het interieur in huis
Het
verzamelen van hotelzilver
Het
verzamelen van servies via allerlei rommelmarkten
-
Hendrik
hoopte ooit iets te vinden wat bij Kunst&Kitsch 30.000 euro
waard zou zijn. Hij heeft het niet gevonden dames en heren.
-
De
kringloopwinkel had aan Hendrik een vaste klant, want hij wilde niets missen
-
Hendrik
kocht ooit een grenen tafeltje voor FL. 2,50 hij krabde het helemaal af,
maakte het als nieuw en was er aan verknocht. Harry gebruikte het als
etalagemateriaal. Op de vraag of hij het wilde verkopen zei deze; nee
natuurlijk niet, maar vraag er maar 250 gulden voor dan doen ze het toch niet.
Maar de klant zei ja, en Hendrik had een superwinst, maar had gelijk spijt,
het was een mooi tafeltje waar hij zijn ziel en zaligheid in had gelegd.
-
Zijn
studie rechten, pas opgepakt in
september er was jaren over gepraat. Ook is er gesproken over een HEAO studie
of iets met milieu, maar het werd rechten en met volle overgave. De eerste
studieresultaten waren zeer positief te noemen.
-
En
zijn sociale kontakten waren met name in het laatst ook erg belangrijk voor
Hendrik. Hij kon erg de sfeer bepalen, was een gezelschapsmens en hield van
feesten.
-
OKE
OKE toen Grietje voor het eerst kwam eten en zich geen raad wist met al dat
bestek zei Hendrik “ goh wat hebben we nou weer” en bestempelde Hendrik
haar als Harry zijn boerenvrienden. Typisch Hendrik hé.
-
Maar
hij ging wel met Grietje, Jan en Harry naar Londen en Praag optimaforma
genieten, zeker voor Hendrik. Zijn paspoort moest hij als altijd op het laatst
nog regelen, maar dat hoorde bij Hendrik.
-
Ook
zonder paspoort was hij naar Praag afgereisd.
-
En
als je ziek was, was Hendrik uiterst belangstellend. Hij vroeg steevast;
“kan ik nog iets voor je doen?”
-
En
TV, Hendrik had er weinig mee maar de eerlijkheid gebied om te zeggen dat hij
Jerry Springer toch wel erg kon waarderen.
-
En
toneelspelen dat deed Hendrik nooit, als hij zich klote voelde dan voelde hij
zich klote en merkte je dat ook aan hem, Hendrik kon zelfs in een kroeg heel
depri aan de bar zitten.
Maar
het leven is niet altijd fijn.
Behalve
verrukkelijk is het soms ook moeizaam, frustrerend.
Niet
alleen een lust, maar soms ook een last.
Leven
is nu eenmaal lief en leed, licht en donker, bloei en verval.
De
lucht is onbewolkt en ineens slaat het onheil toe.
Zo
ook voor Hendrik.
Hendrik
heeft in dit leven moeten leren om afscheid te nemen van mensen die hem zo
dierbaar waren. Vooral van zijn moeder. want Hendrik was moeders poppie. En
ouders willen graag dat hun kind het rapport van de ouders is en dan vooral
met hoge cijfers.
En
op de vraag van zijn moeder of Hendrik van jongens hield reageerde
Hendrik met de woorden… ben je mal. Kort daarop stierf zijn moeder.
Voor Hendrik een hard gelag, hij had zijn liefde voor Harry achteraf graag met
zijn moeder willen delen.
En
als we zo door het leven van Hendrik wandelen dan blijkt wel dat ieder mens
uniek is in zijn denken en handelen. Kostbaar en tegelijkertijd kwetsbaar.
Ieder
van jullie heeft herinneringen aan Hendrik. Realiseer je goed, dat niemand die
van je af kan nemen, ook de dood niet.
Hendrik
maakt deel uit van jullie bestaan, onuitwisbaar, voor altijd. Geweest zijn is
nog steeds een vorm van zijn. De herinnering aan Hendrik, aan jouw maatje,
jullie broer, jullie vriend is net als een meesterschilder. Het creëert
onuitwisbare beelden op het linnen van je geest, van gelukkige en verdrietige
gebeurtenissen. Zolang jullie leven, leeft ook Hendrik. Herinneringen geven
enorm veel kracht. En die herinneringen zijn er volop. Ze roepen prachtige
beelden op van een man die;
-
zo
kon genieten van de kleine dingen in het leven die een mens soms zo gelukkig
maken.
-
Van
een man die….Een introverte persoonlijkheid bezat en zich daardoor nooit
bloot gaf.
-
Van
een man die….Een Harry verwendag had ingesteld en dan heel erg lekker ging
koken.
-
Van
een man die…..Nooit terug wou rijden als ze ergens heen gingen
-
Van
een man die…..Als je op bezoek kwam je het idee kon geven even niet welkom
te zijn
-
Van
een man die……Als je op bezoek kwam je onvoorstelbaar kon verwennen
-
Van
een man die…….Een gastheer pur sang was
Maar
dat alles komt nooit meer terug. De prachtige herinnering blijft en het is het
enige paradijs waaruit we niet verdreven kunnen worden.
Een
wondermooi perspectief om Hendrik te gedenken als we luisteren naar Portugese
Fado muziek getiteld O meu Amor, waar Hendrik zich zo goed bij voelde tijdens
zijn studie. Dit nummer met de volume knop op zijn hoogst en op repeat.
Iedereen kan dan nog even bij een heel bijzonder mens warm mens zijn.
Natuurlijk bij Hendrik!
Toespraak
van Corry van der Zande
Verdriet
Verdriet
is een gevoel van binnen,
Iets
wat je aan de buitenkant niet ziet.
Je
kunt het niet omschrijven, maar het is er altijd Verdriet.
Als
je verdrietig bent kijk dan diep in je hart en je zult zien
Dat
je huilt om wat je vreugde schonk.
Lieve
Hendrik
Waar
mensen mensen zijn die je verstaan
Waar
liefde liefde is daarheen zul jij nu gaan.
Waar
het eeuwige vrede is
En
de zon steeds schijnt
Waar
een nieuwe wereld is die niet meer verdwijnt
Slechts
over blijft de herinnering hoe jij leefde hier op aarde
En
voor degene die achter blijft heeft dat de grootste waarde.
Misschien
tot ooit eens
Dikke
knuffel
Jos, Corry, Shanon en Mae
Toespraak
van Lu, namens de vrienden.
Voor
onze vriend
Nu
is er nog rouwrumoer rondom jou,
De
stoet is straks voorbij.
Net
als het geschuifel van de voeten
Nu
voelen we dat er straks een stilte komt rondom jou
We
zullen je niet meer horen
Maar
wel vaak aan je denken
Hendrik
was iemand van meestal een beetje op de achtergrond
Maar
zo opeens had hij soms een opmerking
Niet
zo maar één
Maar
één met een grote dosis humor
We
zeiden dan vaak: dat is typerend voor Hendrik
Als
je problemen had,
Wist
je zeker dat hij zijn belangstelling toonde, en voor je klaar stond.
Hendrik
was een zorgzaam type: voor een verjaardag stond hij vaak dagen van tevoren in
de keuken om uitgebreide hapjes te maken.
Aan
de andere kant was hij ook iemand met tegenstellingen:
Op
een feest kon hij heel stil zijn en heerlijk staan te genieten
Op
een feest kon hij gezellig zijn en lachen, kletsen, plezier maken honderduit.
Op
een feest kon hij serieus zijn en praten over de echt wezenlijke dingen van
het leven.
Op
een feest kon hij de pet verkeerd hebben staan zodat we heel voorzichtig op
onze tenen om hem heen liepen van oh oh let op je woorden.
Vaak
zullen we aan dit alles nog denken
De
afgelopen dagen hebben we gehuild
Maar
ook gelachen om je nu al oude grappen.
We
gaan nog altijd grapjes met je maken
We
zullen door het stille landschap gaan
Nu
je onze handen niet meer aan kunt raken
Raak je ons hart nog duidelijk aan.
Toespraak
van Jan Vrielink
Zaterdagochtend
24 mei 2003
Het
is nog vroeg, je ligt nog lekker in je bed.
Buiten
is het een beetje triest weer, het lijkt wel herfst.
Je
wordt gewekt door een rinkelende telefoon.
Je
denkt even “dit is te vroeg voor een gewoon telefoontje”
Het
opnemen van de telefoon gaat al met een gevoel van “wat is er aan de hand”
Als
blijkt dat Harry belt, weet je dat het over Hendrik gaat.
Aan
zijn stem merk je dat er meer aan de hand is dan BV een ziekmelding.
En
dan het afschuwelijke bericht….. Hendrik is vanmorgen in het ziekenhuis
overleden na een val van de trap in zijn stamcafé.
De
avond ervoor nog even met hem gebabbeld over een speciale actie ivm het
10-jarige jubileum van het pannenkoekenschip. En nu is hij er niet meer.
Geschokt
en onwezenlijk probeer je dit bericht te bevatten wat natuurlijk niet lukt.
Hoe
en wanneer vertellen wij het zijn veelal jonge collega’s met wie hij zo’n
speciale band had. We besluiten om aan het eind van de morgen samen te komen
op zoals wij dat onder elkaar zeggen “Het Schip”.
Hendrik
lieve man, we missen je………..
Bedankt
voor je vriendschap, collegialiteit en betrokkenheid
Toespraak
van Willem Boerma bij de begrafenis van Hendrik op vrijdag 30 mei 2003
Wij, dat zijn de meisjes en jongens die toen met ons werkten, mijn echtgenote Margrith en mijn persoon leerden Hendrik kennen in 1986.
Hij
woonde toen met zijn moeder en broer in Wetering.
Hendrik
bezocht toen de M.H.S. te Zwolle – bezocht, dat woord paste bij Hendrik.
’s
Morgens fietste hij op zijn oude zwarte herenfiets naar station Steenwijk.
Ook
dat paste bij Hendrik – ik kan mij Hendrik niet voorstellen op een racefiets
of nog erger………een mountainbike.
Dan
met de trein naar en van Zwolle.
Hij
begon bij ons te werken om tijdens een 80 uren durende stageperiode kennis te
maken met ons horecabedrijf.
Voordat
hij op de fiets stapte werd altijd de cassetterecorder geladen met Eros
Ramazotti.
Bij
erg slecht weer bood ik wel eens aan om hem per auto naar huis te brengen.
Steevast
was het antwoord: Nee, dank je wel Willem………..trok het regenpak aan en
fietste de nacht in.
In
het begin hielp hij in de keuken – afwassen en later ook met koken als dat
zo uitkwam.
Ik
herinner mij een gloeiend hete koekenpan met ijzeren steel – net uit de
oven.
Hendrik pakte per ongeluk de steel beet om de pan af te wassen. Hij hield de pan in de
hand – liet hem niet vallen en zette de pan veilig op het aanrecht.
“laten
vallen en het hete vet over ons heen?” Geen denken aan.
Hij
had zich uiteraard niet verbrand – hoefde er niets op en had ook geen pijn.
Aan
het eind van de avond hadden alle vingers en duim grote brandblaren.
Ik
herinner mij de dag dat Hendrik uit school kwam en ons vertelde dat zijn
moeder die morgen onverwachts was overleden.
Vanavond
zei hij kan ik niet werken…………….Maar morgen ben ik er weer.
Na verloop van tijd – de kennismakingperiode was voorbij – ging Hendrik voor - in de
bediening werken.
Hij
was de volmaakte gastheer.
Gaf
de gasten het gevoel dat ze in de watten gelegd werden.
En………………de
gasten waren stapelgek met Hendrik.
Hij
had de gave om de gasten dat te verkopen wat hij wilde.
Ik herinner mij een avond dat er vier gasten kwamen die met enige regelmaat ons restaurant bezochten. Deze gasten aten altijd á la carte – ze waren nooit te strikken voor
een menuutje.
Hendrik
met de kaart op hen af.
Hij
begon het verhaal over het menuutje – de menukaart bleef dicht en
breedlachend kwam Hendrik naar de keuken.
Vier
maal Menu verkocht.
Als
hij dan even later met de gerechten aan tafel verscheen en nauwgezet –
uitgebreid een uiteenzetting gaf van de ingrediënten en bereidingswijze, dan
dacht Margrith weleens, dat alles aanhorend – zou Willem dat zelf wel
allemaal weten?
Hendrik
met die mooie karakteristieke beweging als je hem een ietwat spannend verhaal
vertelde en als de clou dan kwam………………….(beweging hand voor de
mond)
Ik
herinner mij Hendrik die nooit rookte tijdens het werk.
Maar…………steevast
om half 11 ’s avonds kwam hij met een asbak naar de ingang van de keuken,
haalde met gretige vingers een sigaret uit het pakje – stak die aan en nam
daar zo’n heftige trek aan dat je niet vreemd had opgekeken als tíe in
één grote rookwolk verdwenen zou zijn.
Ik
herinner mij een zeer warme zomerdag. Diploma –uitreiking aan de M.H.S.
Hendrik
die naar voren werd geroepen – op het podium klom en uit handen van de Heer
Neppelenbroek de Allianceprijs in ontvangst mocht nemen als beste leerling.
Vorige
maand bleek heel toevallig dat Hendrik daar niet vergeten was.
Ik
herinner mij Hendrik, als hij met een kadootje aankwam dan had hij daar over
nagedacht.
’t
Was altijd iets bijzonders zoals het tafelschuiertje met blikje om na het
hoofdgerecht de kruimels van tafel te vegen.
Maar………………..als
Margrith vroeg “Hendrik wil jij die tafel even
schoonvegen?”………………….dan moest tíe eerst nog even wat anders
doen.
Het
borsteltje en blikje doen trouwens nog steeds dienst en ontlokt veel gasten
een opmerking.
Later
toen Hendrik elders ging werken bleven we elkaar ontmoeten. Soms kwam hij ’s
avonds laat als de gasten weg waren nog even bijpraten, over de dingen die hem
bezig hielden.
Dubbel
feest.
Hendrik
kwam op bezoek.
Eten
– drinken – gezellig bijpraten.
Het
was de laatste keer.
We
zullen het moeten doen met de herinneringen.
De
herinneringen aan een lief en beminnelijk mens.
Persoonlijk
hoop ik dat mijnheer Alzheimer nog heel lang………………………
Heel
ver weg blijft.
Toespraak
Wouter Jongsma (deel II)
Stralende
Fuji
Langs
welk pad moet ik klimmen
Kies
zelf en wees vrij.
De
Fuji, een hoge berg in Japan, is het symbool voor het hoogst bereikbare voor
een mens, namelijk de volledige bevrijding van alles wat hem bindt en wat zijn
geest belemmert. Het is dan ook het streven om de top van de Fuji te bereiken.
Vanaf hier heeft de mens een volmaakt overzicht van zijn omgeving. Als de top
is bereikt is men gelouterd en volkomen meester over zijn positie als
individueel mens als onderdeel van het universum.
Om tot die top te komen zijn er vele paden mogelijk. Elk pad kent zijn eigen gevaren en mogelijkheden, die moeten worden overwonnen, ontberingen die moeten worden doorstaan. Het is een probleem op zich om het juiste pad te kiezen, want hoe kan iemand van tevoren zien wat de beste weg is. Het antwoord is simpel en tegelijkertijd moeilijk. Ieder moet zelf zijn eigen weg durven te kiezen. En een andere vraag dringt zich daarbij op: “kunnen wij de top wel bereiken in 1 mensenleven” volgens Hendrik niet, en hij wist het zeker dat hij op de Titanic had gezeten, vandaar ook de muziek, die hij tot in de treure en tot ergernis van velen zovaak heeft gedraait.Wellicht zetten wij als mens slechts enkele stappen. Hendrik heeft vele stappen gezet in zijn leven. Dat u hier met zovelen bent gekomen is daar het levende bewijs van. Maar Hendrik had ook vele stappen voor de toekomst nog te zetten. Hij wilde een eigen huisje, wilde weer op zich zelf wonen. Harry en hij hadden dat al besproken. Hendrik mailde met een man die hij al eens had ontmoet voor een etentje. Deze vriendschap koesterde Hendrik diep in zijn hart. Hendrik was weer begonnen aan zijn beklimming van de Fuji.
Zon
op de Fuji
Sneeuwtop
schittert in de verte.
Ga
dan Hendrik, ga maar!
En
wij blijven achter in het dal dames en heren.
En
voor wie achterblijft in het dal begint vandaag het rouwen.
Rouwen
kan worden beschreven als een proces van aanpassing aan de verliezen in ons
leven. Rouwen gaat vaak stap voor stap en deze taak kan niet meteen vervuld
worden. Zij wordt stap voor stap gerealiseerd ten koste van veel tijd. We
kunnen op een soortgelijke manier rouwen om het einde van een huwelijk, de
teloorgang van een bijzondere vriendschap, het verlies van wat we ooit
hadden……geweest zijn………….hoopten te worden. Want zoals we zullen
zien komt er een eind aan veel wat ons dierbaar is. Maar aan het rouwen op
zich kan ook een eind komen.
Hoe
wij rouwen, en hoe er een eind aan komt hangt af van van de vraag hoe wij de
doden zien, hangt af van onze leeftijd en hun leeftijd, hangt ervan af in
hoeverre wij allemaal voorbereid waren, hangt af van onze innerlijke kracht en
bovenal onze steun van buiten af.
Op
momenten als deze is het dan ook goed om hier vandaag met zoveel mensen samen
te zijn.
Het
is goed om samen gevoelens te delen en te merken dat je er niet alleen voor
staat. Te weten en te zien dat er mensen zijn die meeleven, die troost geven,
alleen al door nu hier te zijn. Die bij elkaar gekomen zijn, om samen terug te
denken aan Hendrik, hem de laatste eer te bewijzen, met bloemen, met woorden
en met muziek.
Bij
elkaar gekomen om het mooiste van Hendrik in jullie hart en in jullie
herinnering te bewaren, voor altijd.
Dank u wel.